Duits vervoegde werkwoorden

Woxikon / Werkwoorden / Duits

A
- b.v.:
- aufbrodeln
- aufmontieren
- apperzipieren
- anlöten
Alle woorden:2.565
B
- b.v.:
- bewehren
- bewundern
- befleißen
- beuchen
Alle woorden:999
C
- b.v.:
- chargieren
- collagieren
- chagrinieren
- chromieren
Alle woorden:39
D
- b.v.:
- durchexerzieren
- durchfragen
- deduzieren
- dazwischenschlagen
Alle woorden:924
E
- b.v.:
- einbeißen
- einkehren
- einrammen
- exklamieren
Alle woorden:1.344
F
- b.v.:
- frusten
- falsifizieren
- feigen
- fallenlassen
Alle woorden:572
G
- b.v.:
- geminieren
- glimmen
- gliedern
- grapsen
Alle woorden:353
H
- b.v.:
- hechten
- herdürfen
- hereinregnen
- hasten
Alle woorden:1.820
I
- b.v.:
- inkarzerieren
- insurgieren
- insimulieren
- invadieren
Alle woorden:180
J
- b.v.:
- juchzen
- jaulen
- jammen
- juxen
Alle woorden:42
K
- b.v.:
- kontern
- komplottieren
- konzessionieren
- kompromittieren
Alle woorden:686
L
- b.v.:
- lamellieren
- lose
- loshalten
- leichtern
Alle woorden:278
M
- b.v.:
- malern
- milchen
- merken
- mörteln
Alle woorden:338
N
- b.v.:
- nachlösen
- niederhageln
- nachlesen
- nachbleiben
Alle woorden:365
O
- b.v.:
- offenhalten
- omittieren
- oskulieren
- ohrfeigen
Alle woorden:62
P
- b.v.:
- perorieren
- präponderieren
- piken
- prachern
Alle woorden:469
Q
- b.v.:
- quellen
- quadräteln
- quasen
- querschreiben
Alle woorden:49
R
- b.v.:
- rüffeln
- rädeln
- rossen
- runterwirtschaften
Alle woorden:469
S
- b.v.:
- stählen
- schlichten
- sitzenbleiben
- söhren
Alle woorden:1.030
T
- b.v.:
- tothetzen
- totgehen
- totreiten
- trecken
Alle woorden:336
U
- b.v.:
- umbringen
- umschichten
- umquartieren
- umgießen
Alle woorden:425
V
- b.v.:
- verweiblichen
- verduften
- verströmen
- verätzen
Alle woorden:1.451
W
- b.v.:
- wegtun
- worten
- wenden
- wüten
Alle woorden:503
X
- b.v.:
- xerokopieren
- xerographieren
Alle woorden:2
Z
- b.v.:
- zunageln
- zernieren
- zurückmarschieren
- zwangsernähren
Alle woorden:802