NL Nederlands vervoegde werkwoorden op alfabetische volgorde I
- iaën ... imagineren
- imiteren ... inactiveren
- inademen ... inbouwen
- inbranden ... incuberen
- inculperen ... indoen
- indommelen ... induffelen
- induiken ... ineenzakken
- ineenzetten ... ingaan
- ingeven ... inhelpen
- inhouden ... inkassen
- inkasseren ... inkopen
- inkoppen ... inlaten
- inlegeren ... inluizen
- inmaken ... inpekelen
- inpekken ... inranselen
- inregenen ... inschepen
- inscheppen ... inslaan
- inslachten ... insnoeren
- insnuiven ... insteken
- instellen ... instuderen
- instuiven ... interliniëren
- intermitteren ... intituleren
- intoetsen ... invechten
- invegen ... invorderen
- invouwen ... inwinnen
- inwippen ... inzitten
- inzoomen ... isomeriseren
- isomerizeren ... itereren