Woxikon / Werkwoorden / Nederlands / M / miskleunen

NL Nederlands vervoeging van miskleunen

Aantal werkwoord vormen: 52
Gebiedende wijs en deelwoorden
Tegenwoordig en verleden deelwoord miskleunend
Tegenwoordig en verleden deelwoord misgekleund
Soort ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens kleun mis kleunt mis kleunt mis kleunen mis kleunen mis kleunen mis
Imperfect kleunde mis kleunde mis kleunde mis kleunden mis kleunden mis kleunden mis
Toekomende tijd I zal miskleunen zult miskleunen zal miskleunen zullen miskleunen zullen miskleunen zullen miskleunen
Conditionalis I zou miskleunen zou miskleunen zou miskleunen zouden miskleunen zouden miskleunen zouden miskleunen
Perfectum heb misgekleund hebt misgekleund heeft misgekleund hebben misgekleund hebben misgekleund hebben misgekleund
Voltooid verleden tijd had misgekleund had misgekleund had misgekleund hadden misgekleund hadden misgekleund hadden misgekleund
Toekomende tijd II zal misgekleund hebben zult misgekleund hebben zal misgekleund hebben zullen misgekleund hebben zullen misgekleund hebben zullen misgekleund hebben
Conditionalis II zou hebben misgekleund zou hebben misgekleund zou hebben misgekleund zouden hebben misgekleund zouden hebben misgekleund zouden hebben misgekleund
Imperatief - kleun mis - - kleunt mis -

Gelijksoortige werkwoordenmiskleunen

Vervoegde woorden voor en na miskleunen

« miskleunen »

Meer handelingen voor miskleunen