Aantal werkwoord vormen: 52
Gebiedende wijs en deelwoorden
Tegenwoordig en verleden deelwoord monopoliënd
Tegenwoordig en verleden deelwoord gemonopolied
Soort ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens monopolie monopoliet monopoliet monopoliën monopoliën monopoliën
Imperfect monopoliede monopoliede monopoliede monopolieden monopolieden monopolieden
Toekomende tijd I zal monopoliën zult monopoliën zal monopoliën zullen monopoliën zullen monopoliën zullen monopoliën
Conditionalis I zou monopoliën zou monopoliën zou monopoliën zouden monopoliën zouden monopoliën zouden monopoliën
Perfectum heb gemonopolied hebt gemonopolied heeft gemonopolied hebben gemonopolied hebben gemonopolied hebben gemonopolied
Voltooid verleden tijd had gemonopolied had gemonopolied had gemonopolied hadden gemonopolied hadden gemonopolied hadden gemonopolied
Toekomende tijd II zal gemonopolied hebben zult gemonopolied hebben zal gemonopolied hebben zullen gemonopolied hebben zullen gemonopolied hebben zullen gemonopolied hebben
Conditionalis II zou hebben gemonopolied zou hebben gemonopolied zou hebben gemonopolied zouden hebben gemonopolied zouden hebben gemonopolied zouden hebben gemonopolied
Imperatief - monopolie - - monopoliet -

Gelijksoortige werkwoordenmonopoliën

Vervoegde woorden voor en na monopoliën

« monopoliën »