Aantal werkwoord vormen: 8
Gebiedende wijs en deelwoorden
Partizip II verpanscht
Imperativ (Du) verpansch
Imperativ (Du) verpanscht
Soort ich du er/sie/es wir ihr sie
Präsens Indikativ verpansche verpanschst verpanscht - - -
Präteritum Indikativ verpanschte - - - - -
Präsens Konjunktiv I verpanschte - - - - -

Gelijksoortige werkwoordenverpanschen

Vervoegde woorden voor en na verpanschen

« verpanschen »